De echte Amsterdammer - Koen Vollaers
Over Koen Vollaers
Koen Vollaers (63) nam in de jaren ’80 samen met zijn vriendin Astrid een Mercedes Benz vrachtwagen uit 1963 met een keuken erin gebouwd, over. Inmiddels is Cantina Mobilé een heus wagenpark en bedenkt en verzorgt de familie Vollaers festivals en evenementen. Koen Vollaers stond aan de wieg van Rollende Keukens, verzorgde jarenlang het eten en de drank bij de Parade en richtte als kwartiermaker bekende horecagelegenheden en clubs op als West Pacific, Pacific Parc, Club 11, Trouw en Homeland.
Wanneer ben je in Amsterdam komen wonen?
‘Ik ben in 1981 in Amsterdam gaan wonen. Ik ging met mijn toenmalige vriendin mee naar Amsterdam om in 36 op de Schaal van Richter te gaan werken, een nachtclub in de Reguliersdwarsstraat. Ik was 21 en Breda wel een beetje ontgroeid. Mijn vriendin ging achter de bar staan, zij was iets ouder dan ik, ik ging glazen ophalen. Zij kreeg al snel een hoop aandacht, dus toen zijn we onze eigen wegen opgegaan. Ik ben bij Café Bern gaan werken. Op een gegeven moment zit je in een bepaalde scene en rol je zo van het één in het ander.’
Waar woon je?
‘Op de Kalkmarkt, al meer dan 40 jaar. Ik wil de stad niet uit. Ik heb 6 kinderen, allemaal hier opgegroeid. Zij beginnen nu hun eigen initiatieven: Kanaal 40, Markt Centraal.’
Een plek die er nu niet meer is, maar heel erg wordt gemist?
‘Ik begon na de Parade met West Pacific, de eerste horecagelegenheid op de Westergasfabriekterrein. Dat werd zo’n fenomeen, de keuken en de dj kwamen bij elkaar. Bij ons stonden de koks niet in bedompte keukentjes, maar in een open keuken. Dat heeft daarna een vlucht genomen. Het was echt een legendarische zaak. Stoelen aan de kant en dansen, dat was toen niet normaal, daar waren wij de eerste in. Respect the cook and dance in the kitchen, was het motto.’
Wat voor werk doe je?
‘Ik ben een gelegenheidsgever. Ik zorg dat andere mensen hun kunsten kunnen tonen. Ik zorg voor podia, geluid en licht, maar ik ben niet degene die de creatieve invulling geeft, dat zijn de mensen om mij heen. Ik zorg dat zij dat kunnen doen. Dat was in Pacific zo en in Club 11 en Trouw.’
Typisch Amsterdams aan jou?
‘Ik denk niet dat er iets typisch Amsterdams aan mij is. Ik denk daar wel eens over na, zoals met de aprilfeesten, ik ben wel iemand die zich niet zo snel neerlegt wanneer dingen niet kunnen of mogen. Maar dat is meer Brabants dan Amsterdams. Misschien is het typisch Amsterdamse aan mij dat ik Brabander ben en blijf.’
FAVORIETEN VAN KOEN
Favoriete Amsterdammer?
‘Wethouder Touria Meliani. Zij doet het écht heel goed, vechtend tegen de bierkaai. Zij is heel erg sterk in haar overtuiging en weet het ook te brengen. Heel belangrijk is voor de stad.’
Favoriete eetplek?
‘Café Bern. Met een dubbele agenda, want daar ben ik begonnen, maar dat is nog steeds mijn favoriete eetplek. Het is er altijd gezellig, zonder opsmuk, het eten is wat je ervan verwacht en het is een bijzondere plek. Het is sinds 1978 een instituut. Ik ben verslaafd aan een aantal smaken en kruiden, daar krijg je nooit genoeg van. De entrecote en de fondue zijn legendarisch, maar dat geldt voor heel veel gerechten. Hier krijg je precies wat je verwacht, daar heb je af en toe behoefte aan in een wereld waar alles verandert.’
Favoriete snelle snackplek?
‘Ik snack zelden, maar als ik snack, doe ik dat bij snackbar Jan. Er staat bijna altijd dezelfde gast achter de toog, hij noemt mij al 40 jaar buurman, terwijl ik er heel weinig komt. Ik vind dat knap hoe iemand zo’n eigen zaak goed kan bestieren. Dat vervult een functie in de buurt. Hun leven speelt zich daar af, daar hou ik van. Zij misbruiken de stad niet, het gaat niet slechts om winstbejag, ze komen ook wat brengen. Ook al zijn het kleine dingen: herkenning, weten wat je wil, kleine vriendelijke momenten. Dat is belangrijk voor de buurt.’